IT NEEDS A VILLAGE TO RAISE A CHILD!

14 december 2022

Deze week geven wij extra aandacht aan familieleden die gevoelsmatig “langs de zijlijn staan”, zoals een oom en tante. Machteloos is vaak het gevoel van de omringende familie bij strijd tussen ouders na een echtscheiding en/of na het overlijden van één van de ouders. Het contact met een neefje of nichtje kan hierdoor moeilijker gaan of zelfs stoppen.

Ook een oom en tante houden van hun neefjes en nichtjes. Zij maken zich zorgen en willen er voor hen zijn. Maar wat als een ouder het contact met een oom en/of tante in de weg staat?

Het is in het belang van kinderen om te weten wat hun achtergrond is en om sterke familiebanden te hebben en houden. Contact met een oom en tante hoort hierbij. Maar wat zijn de mogelijkheden als dit niet vrijwillig gebeurt?

Hieronder volgen drie uitspraken van rechters over contact tussen kinderen en hun oom en/of tante.

Rechtbank Noord-Nederland 11 juli 2022 (Omgangsregeling voor kind met oom en tante moederszijde)

In deze zaak waren de ouders van een minderjarige zoon al enige tijd gescheiden. Moeder werd ernstig ziek en overleed. Voorafgaand aan het overlijden woonden moeder en zoon bij opa en oma (moederszijde). De familie van moeder kwam hier ook regelmatig op bezoek.

Na het overlijden van moeder is de zoon bij zijn vader (en stiefmoeder) gaan wonen en onder toezicht gesteld. De gezinsinstelling zag dat het voor de zoon van belang was om in contact met de familie van zijn moeder te blijven. Daarom is er een omgangsregeling opgesteld waarbij de zoon (hierna ook “het neefje”) elke dinsdag, plus om het weekend een heel weekend bij zijn oom en tante zou verblijven.

Tijdens het ziekteproces van moeder had een rouwtherapeute reeds geadviseerd om meer tijd in te lassen voor het contact tussen het kind en de familie van moederszijde. Dit was beter voor het rouwproces. Op het moment dat de gezinsinstelling dit met vader wilde bespreken, werd de onderlinge strijd weer zichtbaar. Er was nog teveel wrok en wantrouwen tussen beide families.
Het neefje gaf bij zijn vertrouwenspersoon aan dat hij het gevoel had veel te moeten kiezen; een overduidelijk loyaliteitsconflict.

Om dit gevoel bij het neefje weg te nemen, heeft de gezinsinstelling aan de rechtbank verzocht om een concrete omgangsregeling vast te leggen met de oom en tante. Het neefje was op dat moment 13 jaar oud. Daarom mocht hij zelf ook zijn mening geven. Het neefje heeft aan de rechter verteld dat hij het fijn heeft bij zijn oom en tante. Zij hebben ook andere kinderen waar hij goed mee kan opschieten. Hij vindt de huidige omgangsregeling goed, maar zou graag doordeweeks nog een extra nachtje bij zijn oom en tante willen logeren. Indien dit betekent dat hij van daaruit naar school moet fietsen, zou hij dat niet erg vinden.

Overigens hebben meerdere tantes van het neefje gevraagd of zij in deze zaak als belanghebbende konden worden aangemerkt en hebben hun mening gegeven.
Ook de stiefmoeder heeft samen met de vader haar mening gegeven.
Uiteindelijk heeft de rechtbank uitsluitend de stiefmoeder en de tante waar het neefje een omgangsregeling mee heeft, als belanghebbenden gezien. De andere tante niet.

Opvallend is dat een recht op omgang tussen een kind en de niet-gezaghebbende ouders meestal pas ontstaat indien er sprake is van een nauwe persoonlijk betrekking, dan wel “family life”. De rechter heeft in deze zaak geoordeeld dat hier geen sprake van was, maar heeft niettemin toch een omgangsregeling tussen het neefje en de oom en tante vastgelegd.

De kinderrechter heeft hiertoe het volgende overwogen:

“De kinderrechter is van oordeel dat duidelijk is gebleken dat het neefje behoefte heeft aan contact met zijn familie aan moederszijde en in het kader van rouwverwerking heeft hij veel aan zijn familie. Met de familie aan moederszijde kan het neefje ongestoord praten over het verlies van zijn moeder. Hoewel de vader hier wellicht niet bewust aan in de weg staat en het neefje daarin tevens alle ruimte wenst te geven, is het de kinderrechter gebleken dat er sprake is geweest van een lange echtscheidingsstrijd tussen de vader en de moeder. In dat kader is het niet ondenkbaar dan het neefje niet volledig de vrijheid voelt om bij zijn vader over zijn moeder te praten. De kinderrechter vindt het van belang dat voorkomen wordt dat voor het neefje vanwege de loyaliteit naar zijn beide ouders, deze vrijheid ontbreekt. De kinderrechter is daarom van oordeel dat het belang van het neefje met zich brengt dat er tóch een omgangsregeling met de familie aan moederszijde moet worden vastgelegd.”

Er is een meer uitgebreide omgangsregeling vastgelegd plus drie weken zomervakantie en één week kerstvakantie. De feestdagen zullen in onderling overleg verdeeld worden.

De volledige uitspraak vindt u hier.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 1 oktober 2019 (samenwerking moeder en tante)

Ook deze zaak is een overduidelijk voorbeeld van het belang van familie……..
It needs a village to raise a child!

Het gaat over een jongen die in 2002 is geboren. Sinds dat de jongen 6 jaar is, hebben moeder en zoon geen contact meer met de vader. Moeder heeft nog een minderjarige zoon, die bij haar woont. Vanaf dat de jongen 9 jaar is, is hij al verschillende keren (vrijwillig) uit huis geplaatst.

Vanaf 9 juli 2018 is de jongen onder toezicht gesteld en met een spoedmachtiging uit huis geplaatst. De jongen was toen 16 jaar oud. Vanaf dat moment woonde de jongen bij zijn pleegmoeder (zijn tante) en haar minderjarige zoon. De machtigingen tot ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing liepen tot 4 oktober 2019. Moeder is hiervan in hoger beroep gekomen.

De 17-jarige jongen heeft een belaste voorgeschiedenis. Hij is gediagnosticeerd met PTSS, ADHD en ODD. Ook heeft hij diabetes; hij heeft moeite dit zelf te reguleren. Verder kampte de jongen met forse gedragsproblematiek en trauma’s en waren er aanwijzingen dat hij handelde in drugs.
Bovendien vertoonde hij veel verbale en fysieke agressie richting zijn moeder en broertje, kreeg soms woede-uitbarstingen, vernielde spullen en dreigde met gebruik van wapens. Dit heeft geleid tot inschakeling van de politie in 2018. Daarnaast zijn er zorgen over de vriendengroep van de jongen en welke invloed zij op hem hebben. Ook gaat hij al geruime tijd niet naar school en/of stage, mede doordat er als gevolg van het gedrag van de jongen onveilige situaties, vechtpartijen en conflicten ontstonden.

De moeder was onvoldoende in staat de jongen te begrenzen en hem een veilige en gestructureerde opvoedomgeving te bieden.

Door alle zorgen en het gedrag van de jongen was het tijdens de uitspraak van de rechter (4 oktober 2018) nog steeds noodzakelijk dat de jongen bij zijn tante (de pleegmoeder) bleef wonen.

Tijdens de zitting bij het bleek dat de jongen vanaf de zomer van 2019 alweer grotendeels bij zijn moeder woonde. Moeder en tante wonen in dezelfde straat.

De jongen heeft in een gesprek met de rechter aangegeven dat hij het liefst weer bij zijn moeder wil wonen.

Het mooie aan deze uitspraak is dat moeder en tante goed met elkaar samenwerken en gezamenlijk de zorg zijn gaan dragen. Zij wisselen elkaar als opvoeder af en dat maakt dat de zorg voor hen beiden te dragen is. Zij zijn een soort co-ouderschap aangegaan en de jongen ervaart veiligheid hierdoor. De jongen accepteert op deze manier de aansturing van beide opvoeders. Gebleken is verder dat de agressieproblematiek van de jongen sterk is verbeterd: de jongen heeft EMDR-therapie met positief resultaat afgerond en vanaf begin 2019 hebben er geen agressie-incidenten meer plaatsgevonden, ook niet in de zomerperiode toen hij bij zijn moeder verbleef.

De uithuisplaatsing stopt. De jongen mag weer bij zijn moeder wonen en zij blijft goed samenwerken met de tante. De ondertoezichtstelling blijft en moeder accepteert alle hulpverlening die aangebonden wordt. Op naar de toekomst!

De volledige uitspraak vindt u hier.

Gerechtshof Amsterdam 3 april 2018 (tante verzoekt omgang met neefjes en nichtjes)

Als sluitstuk verwijzen wij nog naar een uitspraak, waaruit op zich blijkt dat een tante om omgang met een neefje en/of nichtje kán verzoeken, maar in dit geval is het hof van oordeel dat de contacten tussen de tante en de kinderen niet anders zijn geweest dan de gebruikelijke, in het dagelijks verkeer plaatsvindende, familiecontacten tussen een tante en haar neefjes/nichtjes. Niet, althans onvoldoende is gebleken dat de tante een substantieel deel van de verzorging van de kinderen voor haar rekening heeft genomen en evenmin dat sprake was van een structurele langdurige oppasregeling. Het hof is dan ook van oordeel dat de tante onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking tussen haar en de kinderen en/of dat ‘family life’ als bedoeld in artikel 8 EVRM is ontstaan.

De volledige uitspraak vindt u hier.

Contactherstel

Hopelijk geeft de decembermaand ruimte om (verloren) contact met familie te herstellen.

Hebt u vragen over hoe u (het liefst zonder strijd en rechters) het contact kunt herstellen, neem dan contact met op met één van onze advocaten!

Dat kan via 0183 – 35 67 52 of info@karakteradvocaten.nl.