Einde arbeidsovereenkomst omdat echtgenoot bij concurrent is gaan werken
26 augustus 2022
De partner van werkneemster is na stukgelopen overnamebesprekingen, na een 25-jarig dienstverband begin 2021 in dienst getreden bij een concurrent. Werkneemster werkt 6 jaar als administratief medewerkster voor 16,5 uur per week bij werkgever.
Werkgever heeft de arbeidsovereenkomst van werkneemster na het vertrek van haar man voortgezet omdat zij haar niet de consequenties van zijn overstap wilde laten dragen. Werkgever hoopte ook dat zij haar bedrijfsbelangen voldoende kon beschermen door de toegang tot een deel van projectinformatie af te schermen voor werkneemster en haar thuiswerkaccount te blokkeren. Er zou echter steeds sprake zijn geweest van de spreekwoordelijke ‘olifant in de kamer’.
Zo’n 9 maanden na de overstap van haar man heeft de werkneemster werkgever gevraagd of zij – net zoals haar collega’s – mocht thuiswerken. Daarbij zou zij volgens werkgever hebben gemeld dat zij na het vertrek van haar man het gevoel had dat zij niet meer werd vertrouwd door werkgever. Werkneemster ontkent dit.
Werkgever vraagt de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst van werkneemster te ontbinden op de zogenaamde ‘restgrond’ (h-grond van artikel 7:669 lid 3 BW: ‘andere (…) omstandigheden die zodanig zijn dat van de werkgever in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren’). Dit omdat er bij collega’s grote terughoudendheid is ontstaan om in het bijzijn van werkneemster bedrijfsinformatie uit te wisselen of vertrouwelijke zaken te bespreken. Waardoor een onwerkbare situatie is ontstaan. Werkneemster vindt dat daarvan geen sprake is, onder meer omdat zij helemaal geen toegang heeft tot bedrijfsgevoelige informatie en op de plek waar zij werkt geen concurrentiegevoelige informatie wordt uitgewisseld, terwijl belangrijke gesprekken achter gesloten deur plaatsvinden. Ook is zij nooit aangesproken op de gestelde onhoudbare situatie en is er niet gezocht naar een oplossing voor het klaarblijkelijk door (alleen) werkgever ervaren probleem.
Werknemer wijst er verder op dat het vaker voorkomt dat 2 werknemers een relatie hebben, waarna 1 van hen overstapt naar een concurrent. Zou om die reden het contract van de achterblijvende werknemer ontbonden kunnen worden, dan ontstaat naar haar mening in strijd met het gesloten ontslagstelsel een nieuwe ontbindingsgrond. Tot slot acht werkneemster de gevraagde ontbinding van haar arbeidscontract tevens in strijd met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (inhoudend dat eenieder recht heeft op respect voor o.a. zijn privé-, familie- en gezinsleven).
De kantonrechter Utrecht ontbindt op 2 juni 2022 (klik hier) de arbeidsovereenkomst op de h-grond. Hij gaat er, hoewel partijen op dit punt een andere lezing hebben, gelet op de mislukte overnamegesprekken vanuit dat de relatie tussen de echtgenoot en werkgever onder druk is komen te staan. En dat het daardoor niet aannemelijk is dat zij als vrienden uit elkaar zijn gegaan, terwijl ook niet is gebleken dat zij thans nog vriendschappelijke banden met elkaar onderhouden. De kantonrechter snapt derhalve de bij werkgever bestaande zorg dat concurrentiegevoelige informatie mogelijk onbedoeld via werkneemster bij haar echtgenoot beland. Waarbij op het eerste oog kleine informatie voor deze man, die als leidinggevende bij een concurrent werkt, al betekenisvol kan zijn.
Hoewel er, ook naar het oordeel van werkgever, geen reden is te twijfelen aan de betrouwbaarheid van werkneemster, staat daar naar het oordeel van de rechter tegenover de begrijpelijke vrees van werkgever dat onbedoeld bedrijfsinformatie van werkgever via werkneemster bij haar partner terecht komt, wiens nieuwe bedrijf met (soort)gelijke klanten werkt. Daarbij speelt mee dat er vanuit wordt gegaan dat nu werkgever en de man waarschijnlijk niet als vrienden uit elkaar zijn gegaan, de vrees van werkgever niet onbegrijpelijk is dat werkneemsters echtgenoot in het wel en wee van werkgever geïnteresseerd zal blijven.
Het beëindigen van de arbeidsovereenkomst levert naar het oordeel van de rechter ook geen inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van werkneemster op. Het is immers niet haar huwelijk ‘an sich’ die reden vormt voor de beëindiging, maar de samenloop van omstandigheden in kwestie. Werkneemster krijgt slechts de gebruikelijke ontslagvergoeding (transitievergoeding) van in haar geval circa 2 maandsalarissen mee (ad € 3.782,85 bruto) en c’est ca. Wellicht dat het bedrijf van haar man nog een goede administratieve kracht nodig heeft…..?
Heeft u de wens om het arbeidscontract van een van uw werknemers te beëindigen? Of stuurt juist uw werkgever aan op uw ontslag? Onze arbeidsrechtspecialisten sparren graag met u over deze situaties. Neem contact op via 0183 – 35 67 52 of hellen@karakteradvocaten.nl.